Samenvatting

In dit artikel wordt beschreven hoe u de vormgeving van de opdrachtverwerker in Microsoft Windows XP kunt instellen. U kunt de kleuren, lettertypen en schermindeling voor het opdrachtpromptvenster wijzigen om eenvoudiger met opdrachtregelprogramma's te kunnen werken. Veel van de krachtige opdrachtregelprogramma's in de resource kits voor eerdere versies van Microsoft Windows zijn opgenomen in Windows XP. Daarom zullen beheerders en hoofdgebruikers waarschijnlijk vaker gebruikmaken van de opdrachtverwerker.


Terug naar begin

De opdrachtverwerker starten

Als u de opdrachtverwerker wilt starten, klikt u op Start, wijst u achtereenvolgens Alle programma's en Bureau-accessoires aan en klikt u op Opdrachtprompt.


Als u de vormgeving van het opdrachtpromptvenster wilt wijzigen, klikt u met de rechtermuisknop op de titelbalk van het venster en voert u een van de volgende stappen uit:

• Als u de instellingen voor alle opdrachtpromptvensters wilt wijzigen, klikt u op Standaardwaarden.
• Als u alleen de instellingen voor het huidige opdrachtpromptvenster wilt wijzigen, klikt u op Eigenschappen.

Terug naar begin

Kleuren wijzigen

1. Kies op het tabblad Kleuren kleuren voor de schermtekst, schermachtergrond, pop-uptekst of pop-upachtergrond door te klikken op het element dat u wilt wijzigen.
2. Klik op de gewenste kleur. Het vak Geselecteerde schermkleuren laat zien hoe de geselecteerde tekst- en achtergrondkleuren op het scherm worden weergegeven. Het vak Geselecteerde pop-up kleuren laat zien hoe de geselecteerde tekst- en achtergrondkleuren in een pop-upvenster worden weergegeven.

Terug naar begin

Lettertypen wijzigen

1. Open het tabblad Lettertype.
2. Klik in het vak Lettertype op een lettertype.
   • Als u op een TrueType-lettertype klikt, geeft het menu Grootte een lijst weer met puntgrootten waaruit u kunt kiezen. U kunt ook de grootte invoeren door het aantal punten in het vak Grootte te typen. Als u het TrueType-lettertype in vet wilt weergeven, schakelt u het selectievakje Vette lettertypen in.
   • Als u klikt op Rasterlettertypen, zijn de in het vak Grootte vermelde grootten de opties voor de venstergrootte.
   • Het vak Voorbeeldvenster laat zien hoe het huidige vensterformaat wordt gewijzigd, uitgaande van het geselecteerde lettertype en de geselecteerde tekengrootte.
   • Het vak Geselecteerd lettertype laat zien hoe de tekens worden weergegeven met de aangegeven lettertype-instellingen. Rasterlettertypen kunnen niet vet worden weergegeven.

Terug naar begin

Schermindeling wijzigen

• Open het tabblad Indeling.
• Geef onder Schermbuffergrootte de instellingen op voor de schermbreedte en -hoogte, uitgaande van het aantal tekens dat in de buffer is ingevoerd.
• Geef onder Venstergrootte de instellingen op voor de vensterbreedte en -hoogte.
• Geef onder Vensterpositie de instellingen op voor de linker- en bovenzijde van het venster.

OPMERKING: u kunt het vensterformaat wijzigen tot het maximumformaat dat is aangegeven op het tabblad Indeling. Met het oog op leesbaarheid en gebruiksgemak verdient het aanbeveling om een formaat te selecteren variërend van een kwart tot maximaal de helft van het bureaubladformaat.


Terug naar begin

Probleemoplossing

• Als u Windows het vensterformaat wilt laten bepalen, schakelt u het selectievakjeSysteem positioneert vensterin.
• Er verschijnen schuifbalken als het huidige vensterformaat kleiner is dan de instellingen van de schermbuffergrootte. U kunt het vensterformaat niet zodanig aanpassen dat het de maximumwaarde overschrijdt die is ingesteld voor de schermbuffer.
• Als u overschakelt op volledige schermweergave, geeft Windows het aantal door uw hardware ondersteunde regels weer (25, 43 of 50) dat de configuratie van de venstermodus het dichtst benadert.

Terug naar begin