Samenvatting

In dit artikel wordt beschreven hoe u programma's en Windows-onderdelen toevoegt aan uw Windows 2000-computer.


Met het onderdeel Software van het Configuratiescherm kunt u programma's op uw computer beheren. Met dit hulpprogramma kunt u een nieuw programma toevoegen of een bestaand programma wijzigen of verwijderen.


Bovendien kunt u via Software Windows 2000-onderdelen toevoegen die u niet hebt geselecteerd bij de oorspronkelijke installatie van Windows 2000, zoals netwerkopties of bestanden van Indexing Service.

Windows-onderdelen installeren

1. Meld u als beheerder aan op de computer.Opmerking: u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   
   
2. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik vervolgens op Configuratiescherm.
3. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   Dubbelklik in het Configuratiescherm op Software.
4. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   Klik op Windows-onderdelen toevoegen of verwijderen. De wizard Windows-onderdelen wordt gestart en het scherm Windows-onderdelen wordt weergegeven.
   
   
   De volgende onderdelen zijn beschikbaar:
   • Bureau-accessoires en hulpprogramma's
   • Certificate Services
   • Indexing-service
   • Internet Information Services (IIS)
   • Beheer- en controlehulpprogramma's
   • Message Queuing-services
   • Netwerkservices
   • Andere netwerkservices voor bestanden en printers
   • Remote Installation Services
   • Externe opslag
   • Script Debugger
   • Terminal Services
   • Terminal Services-licentieverlening
   • Windows Media Services
5. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   U kunt een onderdeel toevoegen of verwijderen door het bijbehorende selectievakje in of uit te schakelen.
   
   OPMERKING: een vakje met een grijs vinkje geeft aan dat het onderdeel slechts gedeeltelijk kan worden geïnstalleerd.
6. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   Klik op het onderdeel en klik vervolgens op Details als u wilt zien waaruit een onderdeel bestaat.
   
   OPMERKING: als de knop Details niet beschikbaar is, heeft het onderdeel geen subonderdelen.
7. : u moet zijn aangemeld als beheerder of als lid van de groep Administrators om deze procedure uit te voeren.
   Volg de instructies in de wizard Windows-onderdelen.

OPMERKING: bepaalde Windows-onderdelen moeten worden geconfigureerd voordat ze kunnen worden gebruikt. Als u een of meer van deze onderdelen hebt geïnstalleerd maar nog niet hebt geconfigureerd, wordt er een lijst weergegeven met onderdelen die moeten worden geconfigureerd als u op Windows-onderdelen toevoegen of verwijderen klikt. Klik op Configureren en volg de instructies op het scherm om een onderdeel te configureren. Als u een nieuw onderdeel wilt toevoegen, klikt u op Onderdelen en volgt u de instructies in de wizard Windows-onderdelen.

De DHCP-service installeren - voorbeeld

1. Meld u als beheerder aan op de computer.
2. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik vervolgens op Configuratiescherm.
3. Dubbelklik op Software en klik vervolgens op Windows-onderdelen toevoegen of verwijderen.
4. Klik in de lijst Onderdelen van de wizard Windows-onderdelen op ???Networking Services en klik vervolgens op Details.
5. Schakel in het dialoogvenster ???Networking Services het selectievakjeDynamic Host Configuration Protocol (DHCP) in als dit nog niet ingeschakeld is en klik vervolgens op OK.
6. Klik in de wizard Windows-onderdelen op Volgende. Het scherm Bezig met het configureren van onderdelen verschijnt, met een statusbalk waarin de voortgang van de configuratie wordt weergegeven.
   
   
   Plaats de cd-rom met Windows 2000 Server of Windows 2000 Advanced Server in het cd-rom-station als dit wordt gevraagd.
   
   
   De server- en hulpprogrammabestanden van DHCP worden door Setup naar uw computer gekopieerd.
7. Wanneer Setup is voltooid, verschijnt het schermDe wizard Windows-onderdelen.
8. Klik op Voltooien om de wizard af te sluiten.

Een programma installeren

Ga als volgt te werk om een programma te installeren vanaf een cd-rom of een diskette:

1. Meld u als beheerder aan op de computer.
2. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik vervolgens op Configuratiescherm.
3. Dubbelklik op Software en klik vervolgens op Nieuwe programma's toevoegen.
4. Klik op Cd-rom of Diskette. U wordt dan gevraagd de eerste installatiediskette of -cd-rom van het product te plaatsen.
5. Plaats de diskette of de cd-rom in het station en klik op Volgende. Volg de aanwijzingen die door Setup op het scherm worden weergegeven.
6. Wanneer Setup is voltooid, klikt u op Sluiten om het venster Software te sluiten.

OPMERKING: met het hulpprogramma Software kunt u alleen programma's installeren die geschreven zijn voor Windows-besturingssystemen.

Een programma installeren vanaf het netwerk

1. Meld u als beheerder aan op de computer.
2. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik vervolgens op Configuratiescherm.
3. Dubbelklik op Software en klik vervolgens op Nieuwe programma's toevoegen.
   
   OPMERKING: als uw computer is verbonden met een netwerk, worden de programma's die u kunt toevoegen onder aan het scherm weergegeven. Als uw netwerkbeheerder programma's in categorieën heeft onderverdeeld, moet u mogelijk een andere optie selecteren bij Categorie om het programma dat u wilt toevoegen te zoeken.
4. Selecteer het programma dat u wilt toevoegen en klik op Toevoegen. Volg de aanwijzingen die door Setup op het scherm worden weergegeven.
5. Wanneer Setup is voltooid, klikt u op Sluiten om het venster Software te sluiten.

OPMERKING: wanneer u een programma start of probeert een taak in een programma uit te voeren, kan er een dialoogvenster verschijnen waarin wordt gemeld dat het programma wordt geïnstalleerd of bijgewerkt door Windows Installer. Dit kan gebeuren wanneer uw beheerder heeft ingesteld dat het programma op deze manier moet worden geïnstalleerd, als programmabestanden zijn verwijderd of beschadigd of als u probeert een programmavoorziening te gebruiken die niet tijdens Setup is geïnstalleerd. Als het programma is geïnstalleerd vanaf een cd-rom of als u geen verbindng meer hebt met het netwerk, kunt u door Windows Installer worden gevraagd de cd-rom in het cd-rom-station te plaatsen. Wanneer Windows Installer klaar is, wordt het programma of de voorziening die u wilt gebruiken, gestart.