Meer informatie
Omdat USB-apparaten van het type Plug en Play zijn, kunt u ze vrijwel niet regelen of configureren. U kunt echter de meeste problemen met USB-apparaten herleiden tot een van de volgende oorzaken:
- Hardware die niet goed functioneert of onjuist is geconfigureerd
- Een apparaatstuurprogramma dat niet goed functioneert, onjuist is geconfigureerd of ontbreekt
- Verkeerde kabels
- Verouderde firmware of BIOS (Basic Input/Output System)
- Onjuist geconfigureerde basishub
Ga aan de hand van de volgende tips na of de beschreven situaties van toepassing zijn en of u zo de problemen met USB-apparaten kunt oplossen.
Hardware die niet goed functioneert of onjuist is geconfigureerd
Wanneer u een slecht functionerend of onjuist geconfigureerd apparaat op een USB-poort aansluit, loopt de computer doorgaans vast. In de meeste gevallen moet u de computer dan uitschakelen en vervolgens opnieuw inschakelen om de bus opnieuw in te stellen. Het is meestal moeilijker om vast te stellen welk apparaat de boosdoener is. Als er een andere, goed werkende computer beschikbaar is, kunt u proberen het apparaat op die computer aan te sluiten om te zien of hetzelfde probleem zich ook daar voordoet.
Als het apparaat op een secundaire hub is aangesloten, kunt u proberen het apparaat daar te verwijderen en rechtstreeks op de basishub aan te sluiten.
Vaak ligt de oorzaak van problemen bij de hardware, bijvoorbeeld hoog of laag energieverbruik, te weinig bandbreedte, slecht functionerende of onjuist geconfigureerde firmware, enzovoort.
Controleer in Apparaatbeheer of de basishub goed functioneert. Als bij de basishub een uitroepteken (!) in een gele cirkel wordt weergegeven, controleert u of het BIOS wel een Interrupt-aanvraag toewijst aan de basis USB-controller. Als dat niet het geval is, wordt het stuurprogramma niet geladen. Als u meer informatie wilt over het gebruik van Apparaatbeheer voor het oplossen van hardwareproblemen, klikt u op het volgende artikelnummer in de Microsoft Knowledge Base:
133240Conflict van apparaat voor probleemoplossing met Apparaatbeheer
Als de apparaten die u op de basishub aansluit niet werken, controleert u of de energievereisten van de bus niet worden overschreden. USB-apparaten kunnen maximaal 500 milliampère voor elke verbinding afnemen. Wanneer een apparaat meer energie probeert af te nemen, moet de computer de desbetreffende poort volgens de specificatie tijdelijk kunnen uitschakelen, totdat de energie weer beschikbaar is. Daarentegen geldt dat wanneer een apparaat minder dan 50 milliampère afneemt, de poort niet wordt geactiveerd.
Controleer het energieverbruik van de USB-hub op het tabblad
Energie in de eigenschappen van de USB-basishub.
Een apparaatstuurprogramma dat niet goed functioneert, onjuist is geconfigureerd of ontbreekt
Wanneer u een USB-apparaat aansluit, moet dat door de computer worden geladen en geconfigureerd zonder dat om een stuurprogramma wordt gevraagd (mits het een stuurprogramma betreft dat bij het besturingssysteem is geleverd). Als er wel om een stuurprogramma wordt gevraagd, informeert u bij de fabrikant van het apparaat of er een stuurprogramma beschikbaar is.
Verkeerde kabels
Er zijn twee soorten USB-kabels: voor hoge snelheid en voor lage snelheid. Het verschil tussen kabels voor lage en hoge snelheid wordt voornamelijk bepaald door de afscherming. Als u een apparaat met hoge snelheid aansluit op een kabel voor lage snelheid, kan er bij lange afstanden signaalvervorming ontstaan.
Controleer in de hele USB-keten of een apparaat dat energie van de hub moet kunnen afnemen, niet op de keten is aangesloten aan de andere kant van een hub zonder stroomvoorziening. Hierdoor zouden de hub en alle apparaten verder in de keten worden uitgeschakeld. Als het een hub met stroomvoorziening betreft, controleert u of de energievoorziening voor deze hub correct is geconfigureerd.
Verouderde firmware of verouderd BIOS
De sleutel tot alle USB-apparaten is de firmware. De firmware van een USB-apparaat bevat alle informatie over het apparaat. Een poort wordt pas opnieuw ingesteld nadat alle descriptoren in de firmware door de basishub zijn geladen en gecontroleerd. Dit is essentieel, omdat het gaat om items als printers en modems. Zorg ervoor dat u beschikt over de meest recente firmware voor zowel het BIOS van uw computer als voor elk afzonderlijk apparaat.
Er kunnen zich vreemde symptomen voordoen bij slecht functionerende of onjuist geconfigureerde firmware. Als u een USB-apparaat verwijdert en vervolgens weer toevoegt, is het gewoonlijk zonder meer weer beschikbaar. Het is echter mogelijk dat het apparaat als een tweede exemplaar wordt geïnterpreteerd en zichzelf ook als zodanig in Apparaatbeheer laadt. Als u duplicaten van een apparaat aantreft, controleert u of u wel over de meest recente firmware voor dat apparaat beschikt. Dit probleem treedt vaak op bij USB-printers en -modems. Een vergelijkbaar probleem met dezelfde oorzaak doet zich voor wanneer een apparaat een stuurprogramma laadt en vervolgens een tweede apparaat toevoegt, waarvoor dan geen stuurprogramma blijkt te zijn. Het tweede apparaat wordt in Apparaatbeheer weergegeven met een uitroepteken in een gele cirkel. Mogelijk werkt het apparaat goed, maar kunt u het tweede apparaat niet verwijderen zonder het oorspronkelijke apparaat te verwijderen, dat kennelijk dit tweede 'fantoomapparaat' heeft gegenereerd. U kunt dit probleem wellicht ook verhelpen door de firmware of het stuurprogramma van het apparaat bij te werken.
Onjuist geconfigureerde basishub
USB-controllers vereisen de toewijzing van een Interrupt-aanvraag. De Interrupt-aanvraag wordt toegewezen in het BIOS van de computer, waarbij het gewoonlijk gaat om IRQ 9.
Support WebCasts
Support WebCasts is een informatieservice voor productondersteuning voor alle klanten met on line ondersteuning. Op de volgende Microsoft-website kunt u een WebCast bekijken over het oplossen van USB-problemen in Windows XP:
Alle USB-controllers verwijderen en opnieuw installeren
Ga als volgt te werk om alle USB-controllers te verwijderen en opnieuw te installeren:
- Klik achtereenvolgens op Start, Configuratiescherm en Prestaties en onderhoud.
- Klik op Systeem en open het tabblad Hardware.
- Klik op de knop Apparaatbeheer.
- Breid USB-controllers uit.
- Klik met de rechtermuisknop op elk apparaat onder het knooppunt USB-controllers en klik op Verwijderen om ze een voor een te verwijderen.
- Start de computer opnieuw op en installeer de USB-controllers opnieuw.
- Sluit het verwisselbare USB-opslagapparaat aan en voer een test uit om te controleren of het probleem is verholpen.