Samenvatting

Gebruikers van mobiele apparaten hebben steeds vaker toegang nodig tot de functionaliteit van hun bureaucomputers. Met Windows XP en Windows 2000 is dat mogelijk. Met een handheld-pc of een pocket-pc kunt u verbinding maken met een toepassingsserver en programma's uitvoeren alsof u achter de servercomputer zelf zit. Verbindingen met toepassingsservers kunnen tot stand worden gebracht via draadloze LAN-netwerken of via internet met behulp van VPN (Virtual Private Networking).

Als u een handheld-pc of een pocket-pc als externe terminal wilt gebruiken, moet u eerst een toepassingsserver instellen. Gewoonlijk is de toepassingsserver uw normale bureaucomputer op kantoor. Als de clientsoftware van Windows Terminal Services niet op uw handheld-pc of pocket-pc is geïnstalleerd, moet u deze eerst installeren. Na de installatie kunt u met de clientsoftware van Terminal Services verbinding maken met de toepassingsserver en programma's uitvoeren.

In dit artikel wordt beschreven hoe u een handheld-pc of pocket-pc kunt gebruiken als externe terminal voor bureaucomputers met Windows XP Professional, Windows 2000 Server en Windows 2000 Advanced Server.


Terug naar begin

Externe terminals inschakelen

U kunt een toepassingsserver op een van de volgende manieren instellen, afhankelijk van uw situatie.

Windows 2000 Server en Windows 2000 Advanced Server

1. Plaats de cd-rom met Windows 2000 Server of Windows 2000 Advanced Server in het cd-rom- of dvd-rom-station van de computer.
2. Klik op Start, wijs Instellingen aan en klik op Configuratiescherm.
3. Klik in het Configuratiescherm op Software.
   
   Het dialoogvenster Software wordt geopend.
4. Klik op Windows-onderdelen toevoegen of verwijderen.
   
   De wizard Windows-onderdelen wordt gestart.
5. Klik op Terminal Services en Terminal Services-licentieverlening en klik op Volgende.
   
   Nadat de software naar de vaste schijf van de computer is gekopieerd, wordt Terminal Services Setup automatisch gestart.
6. Klik in Terminal Services Setup op de modus Toepassingsserver.
7. In het volgende scherm moet u toepassingsmachtigingen opgeven. Voor een veiligere toepassingsomgeving selecteert u Machtigingen die compatibel zijn met Windows 2000-gebruikers.
8. Geef in het dialoogvenster Setup van Terminal Services-licentieverlening op of u wilt dat de licentieserver dient voor uw gehele organisatie of alleen voor uw domein/werkgroep en geef vervolgens de locatie van de database op. Klik op Volgende en klik op Voltooien.
9. Meld u af bij de computer en laat deze aan staan wanneer u het kantoor verlaat.

Terug naar begin

Windows XP Professional

1. Klik op Start, klik op Configuratiescherm en dubbelklik op Systeem.
2. Klik op het tabblad Extern en schakel het selectievakje Externe gebruikers mogen verbinding met deze computer maken in.
3. Zorg ervoor dat u de juiste machtigingen hebt om extern verbinding te maken met de computer en klik op OK.
4. Meld u af bij de computer en laat deze aan staan wanneer u het kantoor verlaat.

Terug naar begin

De clientsoftware installeren en configureren

De clientsoftware van Windows Terminal Services kan zowel worden verbonden met Windows XP-servers voor extern bureaublad en Windows 2000-toepassingsservers.

De clientsoftware van Terminal Services installeren

De clientsoftware van Terminal Services is vooraf geïnstalleerd op de Handheld PC 2000 en de Pocket PC 2002. Als u de clientsoftware van Terminal Services wilt downloaden voor andere versies van de Handheld PC, bezoekt u de volgende Microsoft-website: Terug naar begin

Verbinding maken met het bedrijfswerk

Voordat u verbinding kunt maken met een toepassingsserver, moet u een verbinding met de server op uw draadloze apparaat maken. Raadpleeg de documentatie bij uw handheld-pc of pocket-pc voor meer informatie. Wanneer u de verbinding maakt, moet u het verbindingstype opgeven. Voor verbindingen via bedrijfsnetwerken gebruikt u de draadloze-netwerkadapter van uw apparaat.

Als u verbinding maakt via internet, moet u twee verbindingen instellen. De eerste is een verbinding met uw Internet-provider en de tweede is een VPN-verbinding met het bedrijfsnetwerk. U moet beide verbindingen gebruiken om verbinding te kunnen maken met het bedrijfsnetwerk.


Terug naar begin

De clientsoftware van Terminal Services configureren

Nadat u de verbinding(en) tot stand hebt gebracht met het bedrijfsnetwerk, moet u met Verbindingsbeheer van Terminal Services een verbinding maken met de toepassingsserver. Verbindingsbeheer van Terminal Services wordt samen met de clientsoftware van Terminal Services geïnstalleerd.


Terug naar begin

Een externe sessie starten

Als u een externe sessie wilt starten, moet u eerst verbinding maken met het bedrijfsnetwerk. Vervolgens maakt u verbinding met de toepassingsserver. U kunt dan programma's uitvoeren op de toepassingsserver.

1. Maak verbinding met het bedrijfsnetwerk. Als u een draadloos LAN-netwerk gebruikt, activeert u de verbinding met het netwerk. Als u verbinding maakt via internet, maakt u eerst verbinding met de Internet-provider en maakt u vervolgens via de VPN-verbinding een verbinding met het bedrijfsnetwerk.
2. Gebruik de Terminal Services-verbinding die u hebt gemaakt met Verbindingsbeheer.
3. Geef uw aanmeldingsgegevens op wanneer daarom wordt gevraagd.

Terug naar begin

Een externe sessie beëindigen

Als u een externe sessie wilt beëindigen, meldt u zich af bij de toepassingsserver en verbreekt u de verbinding met het bedrijfsnetwerk.


Terug naar begin