Wachtwoord vergeten?

Wachtwoord vergeten
Vul hier uw email adres in. U ontvangt dan een nieuw wachtwoord.

De fouten Gebeurtenis-id 9, Gebeurtenis-id 11 en Gebeurtenis-id 15 oplossen

Gepost op 21-11-2005 - Windows XP - 0 reacties


De informatie in dit artikel is van toepassing op:

  • Microsoft Windows Server 2003 Standard Edition
  • Microsoft Windows Server 2003 Web Edition
  • Microsoft Windows Server 2003 Datacenter Edition
  • Microsoft Windows Server 2003 Enterprise Edition
  • Microsoft Windows Server 2003, Datacenter Edition for 64-Bit Itanium-Based Systems
  • Microsoft Windows Server 2003 64-bit Enterprise Edition
  • Microsoft Windows® 2000 Server
  • Microsoft Windows 2000 Advanced Server
  • Microsoft Windows 2000 Professional Edition
  • Microsoft Windows 2000 Datacenter Server
  • Microsoft Windows NT Advanced Server 3.1
  • Microsoft Windows NT Server 3.5
  • Microsoft Windows NT Server 3.51
  • Microsoft Windows NT Server 4.0 Standard Edition
  • Microsoft Windows NT Workstation 3.1
  • Microsoft Windows NT Workstation 3.5
  • Microsoft Windows NT Workstation 3.51
  • Microsoft Windows NT Workstation 4.0 Developer Edition
  • Microsoft Windows NT Advanced Server 3.1

Dit artikel is eerder gepubliceerd onder NL154690

Klik op 314093 voor een Microsoft Windows XP-versie van dit artikel.
Belangrijk Dit artikel bevat informatie over het bewerken van het register. Maak eerst een reservekopie van het register voordat u dit gaat bewerken. Ga eerst na of u weet hoe u het register kunt herstellen als er een probleem optreedt. Als u meer informatie wilt over het maken van een back-up van het register en het herstellen of wijzigen van het register, klikt u op het volgende artikelnummer in de Microsoft Knowledge Base:

256986 Beschrijving van het Microsoft Windows-register

Samenvatting


In dit artikel wordt beschreven hoe u de fouten Gebeurtenis-id 9, Gebeurtenis-id 11 en Gebeurtenis-id 15 kunt oplossen. In uw systeemlogboek zijn mogelijk de volgende gebeurtenis-id-berichten geregistreerd (u kunt het logboek weergeven met Logboeken), hoewel de bron elke naam van een controller kan zijn (bijvoorbeeld Atdisk, Atapi of Sparrow).

Bericht 1

Gebeurtenis-id: 9

Bron: aic78xx

Beschrijving: Het apparaat \Device\ScsiPort0 heeft niet binnen de time-outtijd gereageerd.
Bericht 2

Gebeurtenis-id: 11

Bron: aic78xx

Beschrijving: Het stuurprogramma heeft een controllerfout gevonden in Apparaat\ScsiPort0.
Bericht 3
Gebeurtenis-id: 15
Bron: [scsi-miniport-stuurprogramma]
Beschrijving: het apparaat \Apparaat\ScsiPort1 is nog niet toegankelijk. Gebeurtenis-id 15 betekent dat het apparaat niet gereed is. Dit kan komen door configuratieproblemen met de SCSI-hostadapter of door andere problemen. Vraag bij de fabrikant na of er recente firmware, stuurprogramma's of bekende problemen zijn. Het kan ook duiden op een defect apparaat. Deze fout doet zich voor op apparaatniveau.
In bijna alle gevallen treden deze fouten op vanwege hardwareproblemen met de controller of, nog waarschijnlijker, met een apparaat dat met de betreffende controller is verbonden. De hardwareproblemen kunnen betrekking hebben op een probleem met de bekabeling, onjuiste afsluiting of onjuiste instellingen voor de overdrachtssnelheid, trage apparaatrespons bij het afstaan van de SCSI-bus, een beschadigd apparaat of, in een enkel geval, een slecht geschreven apparaatstuurprogramma.

Meer informatie


Hieronder vindt u een aantal tips voor het diagnosticeren en lokaliseren van het probleem:
  • Raadpleeg de technische documentatie van de fabrikant van de SCSI-controller voor de vereisten voor afsluiting. Voor veel moderne SCSI-controllers zijn actieve terminators vereist (ten minste één van de apparaten die met de bus werken, moet voor afsluiting zorgen). Voor juiste afsluiting is een terminator (resistor) nodig, alsmede een apparaat dat een afsluitingssignaal aan de bus doorgeeft. De SCSI-2-standaard geeft aan dat een controller (initiator) voor afsluiting moet zorgen. Een controller die compatibel is met SCSI-2, levert dus waarschijnlijk het afsluitingssignaal. Controleer dit echter als u er niet zeker van bent. Verder bieden veel apparaten, met name stations, de mogelijkheid om het afsluitingssignaal te leveren. Als op het station een jumper met het label Trmpwr aanwezig is, schakelt u deze jumper in.
  • Als zowel interne als externe SCSI-apparaten zijn aangesloten, moet u ervoor zorgen dat het laatste apparaat van elke SCSI-keten afgesloten is en de tussenliggende apparaten niet.
  • Als slechts één SCSI-keten wordt gebruikt (geheel intern of geheel extern), zorgt u ervoor dat het laatste apparaat van de SCSI-keten afgesloten is en dat ook de SCSI-controller zelf afgesloten is. Dit is doorgaans een BIOS-instelling.
  • Controleer of alle SCSI-kabels stevig zijn aangesloten en controleer de kwaliteit van de kabels. Bij een lange keten van gecombineerde interne en externe kabels bestaat het risico dat het signaal minder sterk wordt. Hoewel de SCSI-specificatie mogelijk een lange afstand aangeeft — er wordt bij deze specificatie van uitgegaan dat de bekabeling geen lekken of storingen bevat — dicteert de realiteit meestal een kortere afstand. Als u externe kabels van 2 meter gebruikt, moet u deze vervangen door kabels van 1 meter.
  • Let op wanneer deze gebeurtenisberichten optreden en probeer vast te stellen of de berichten samenvallen met een bepaald verwerkingsschema (bijvoorbeeld het maken van reservekopieën) of met zware schijfprocessen. Hierdoor kunt u mogelijk vaststellen welk apparaat de fouten veroorzaakt.

    Opmerking Het feit dat stations dit soort problemen meestal ondervinden tijdens zwaar systeemgebruik, ligt vaak aan het gebruik van trage microprocessors. In een multitasking-omgeving is de processor mogelijk niet snel genoeg voor de verwerking van alle I/O-opdrachten die nagenoeg gelijktijdig binnenkomen.
  • Vertraag de overdrachtssnelheid als de time-outs betrekking hebben op tapestations. De time-outs verlopen doorgaans normaal als u een overdrachtssnelheid van 5 MB/s gebruikt.
  • Vereenvoudig de SCSI/IDE-keten door apparaten te verwijderen, of verplaats het betreffende apparaat naar een andere controller. Als het probleem met het apparaat mee wordt verplaatst, dient u het apparaat te vervangen.
  • Controleer het revisieniveau van het BIOS en van de apparaatfirmware voor de SCSI-controller. Informeer bij de fabrikant naar de meest recente revisies. Zie de sectie 'Modelnummer en firmwarerevisie controleren' hieronder voor de juiste procedure.
  • Controleer de versie van SCSI-apparaatstuurprogramma's. Het SCSI-stuurprogramma bevindt zich in de map %Systemroot%\System32\Drivers. Controleer het versienummer in de bestandseigenschappen en informeer of de SCSI-fabrikant een nieuwe versie beschikbaar heeft.
  • Verwijder andere controllers die problemen met het busbehoud kunnen veroorzaken.
  • Een low-level format door de SCSI-controller zou het optreden van deze gebeurtenisberichten kunnen verhelpen.
  • Gebruik een ander type of model van verdachte hardware.

Modelnummer en firmwarerevisie controleren


Het modelnummer van het apparaat en de firmwarerevisie kunt u vinden in het Windows-register. Ga als volgt te werk om het modelnummer en de firmwarerevisie te controleren.

Waarschuwing Er kunnen zich ernstige problemen voordoen als u het register met de Register-editor of met een andere methode foutief wijzigt. Wellicht moet u door deze problemen het besturingssysteem opnieuw installeren. Microsoft kan niet garanderen dat deze problemen opgelost kunnen worden. Het wijzigen van het register is dan ook voor uw eigen risico.
  1. Start Regedt32.exe.
  2. Zoek de volgende registersleutel, waarbij x staat voor het nummer van het apparaat, en klik erop:

    HKEY_LOCAL_MACHINE\Hardware\Devicemap\Scsi\ScsiPortx\ScsiBusx\ TargetIdx\LogicalUnitIdx

  3. Controleer onder de waarde REG_SZ het modelnummer en firmwarerevisienummer. In het volgende voorbeeld is het firmwarerevisienummer 0510:

    SEAGATE ST32430N 0510

  4. Noteer alle modelnummers en firmwarerevisies voor het apparaat en informeer bij de fabrikant naar eventueel bekende problemen.
Opmerking In Windows 2000 en Windows Server 2003 kunt u model- en firmwarerevisies voor hardware onder de volgende registerlocatie zien:

HKEY_LOCAL_MACHINE\SYSTEM\CurrentControlSet\Enum


Klik op het volgende artikelnummer in de Microsoft Knowledge Base voor meer informatie over het oplossen van problemen bij deze gebeurtenissen:

259237 De fouten Gebeurtenis-id 9, 11 en 15 op clusterservers oplossen


PrintPrint RSS reactiesRSS reacties BookmarkBookmark

Gekoppelde tags

64-bit, Procedure, Windows 2000, Windows NT, Windows Server 2003, Windows XP, Works

Reacties
Nog geen reacties geplaatst.

Winkelmandje

Het winkelmandje is leeg

Inloggen
Als u hierboven op de knop 'bestellen' klikt krijgt u een overzicht van de door uw gewenste producten. Indien het overzicht compleet en correct is kunt via de wizard de verdere gegevens invullen en uw bestelling afronden. In het bestelproces kunt u altijd op 'vorige' drukken om terug te gaan in het proces. Bij Perrit staan vertrouwen, privacy en veiligheid op de eerste plaats, wij zullen uw gegevens dan ook met uiterste zorgvuldigheid behandelen en nooit doorgeven aan derden.

Perrit.nl Sherwood Rangers 29 Hengelo

Perrit.nl telefoon: +31 74 750 12 20

Kenniscentrum - De fouten Gebeurtenis-id 9, Gebeurtenis-id 11 en Gebeurtenis-id 15 oplossen
Perrit Kenniscentrum - De fouten Gebeurtenis-id 9, Gebeurtenis-id 11 en Gebeurtenis-id 15 oplossen