Wachtwoord vergeten?

Wachtwoord vergeten
Vul hier uw email adres in. U ontvangt dan een nieuw wachtwoord.

Het hulpprogramma Netsh.exe en opdrachtregelparameters gebruiken

Gepost op 12-06-2007 - Windows NT en 2000 - 0 reacties


De informatie in dit artikel is van toepassing op:

  • Microsoft Windows® 2000 Server
  • Microsoft Windows 2000 Advanced Server
  • Microsoft Windows 2000 Professional Edition
  • Microsoft Windows 2000 Datacenter Server

Samenvatting


Netsh.exe is een hulpprogramma dat beheerders kunnen gebruiken voor het configureren en controleren van Windows-computers vanaf een opdrachtprompt. Met het hulpprogramma Netsh.exe kunt u contextopdrachten die u invoert, richten tot de juiste helper, waarna de helper de opdracht uitvoert. Een helper is een DLL-bestand (Dynamic Link Library) waarmee de functionaliteit van het hulpprogramma Netsh.exe wordt uitgebreid met mogelijkheden voor het configureren, controleren en ondersteunen van een of meer services, hulpprogramma's of protocollen. De helper kan ook worden gebruikt ter uitbreiding van andere helpers.

Meer informatie


U kunt het hulpprogramma Netsh.exe gebruiken voor de volgende taken:
  • Configureren van interfaces.
  • Configureren van routeringsprotocollen.
  • Configureren van filters.
  • Configureren van routes.
  • Configureren van het RAS-gedrag van RAS-routers op Windows-besturingssystemen waarvoor de RRAS-service (Routering en RAS-server) wordt uitgevoerd.
  • De configuratie weergeven van een actieve router op een willekeurige computer.
  • De scriptfunctie gebruiken voor het uitvoeren van een verzameling opdrachten in batchmodus op een opgegeven router.

De syntaxis voor het hulpprogramma Netsh.exe is:

netsh [-r routernaam] [-a Aliasbestand] [-c Context] [Opdracht | -f Scriptbestand]


Als u een lijst wilt weergeven met subcontexten en opdrachten die in een context kunnen worden gebruikt, typt u bij de netsh-opdrachtprompt de contextnaam gevolgd door een spatie en een ?. Als u bijvoorbeeld een lijst wilt weergeven met subcontexten en opdrachten die u kunt gebruiken in de context /routing, typt u routing ? bij de netsh-opdrachtprompt en drukt u op Enter.

Contexten


Contexttekenreeksen worden aan het hulpprogramma Netsh.exe toegevoegd en worden doorgegeven aan een gekoppelde helper. De helper kan over een of meer toegangspunten beschikken die aan contexten zijn toegewezen. Dit zijn enkele contexten die in het hulpprogramma Netsh.exe beschikbaar zijn:


Contextopdracht: /dhcp

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de DHCP-context (Dynamic Host Configuration Protocol).


Contextopdracht: /ras

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de RAS-context (Remote Access Server).


Contextopdracht: /routing

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de routeringscontext.


Contextopdracht: /wins

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de WINS-context (Windows Internet Name Service).


Contexten kunnen ook binnen andere contexten genest zijn. De volgende contexten worden bijvoorbeeld binnen de ras-context van netsh uitgevoerd:


Contextopdracht: /ip

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de IP-context (Internet Protocol)


Contextopdracht: /ipx

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de IPX-context (Internetwork Packet Exchange).


Contextopdracht: /netbeui

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de NETBUI-context (NetBios Enhanced User Interface).


De volgende subcontexten worden uitgevoerd in de routerings-IP-context van netsh:


Contextopdracht: /autodhcp

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de autodhcp-subcontext.


Contextopdracht: /dnsproxy

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de dnsproxy-subcontext.


Contextopdracht: /igmp

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de IGMP-subcontext (Internet Group Membership Protocol).


Contextopdracht: /mib

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de MIB-subcontext (Management Information Base).


Contextopdracht: /nat

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de NAT-subcontext (Network Address Translation).


Contextopdracht: /ospf

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de OSFP-subcontext (Open Shortest Path First).


Contextopdracht: /relay

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de relay-subcontext.


Contextopdracht: /rip

Resultaat: Hiermee wordt overgeschakeld naar de RIP-subcontext (Routing Information Protocol).

Netsh.exe-opdrachten


U kunt de volgende aanvullende opdrachten gebruiken bij Netsh.exe:

Opmerking Optionele parameters worden tussen vierkante haken ([ ]) aangegeven. Alternatieve vermeldingen worden van elkaar gescheiden met het sluisteken (|).


Contextopdracht: /?

Resultaat: Hiermee wordt Help weergegeven.


Contextopdracht: /abort

Resultaat: Hiermee worden wijzigingen genegeerd die zijn aangebracht in de offlinemodus. Deze opdracht heeft geen effect in de onlinemodus.


Contextopdracht: /add helper-DLL-naam

Resultaat: Hiermee wordt het DLL-bestand van de helper geïnstalleerd in netsh.exe.


Contextopdracht: /alias [aliasnaam] [tekenreeks1] [tekenreeks2 ...]

Resultaat: Bij gebruik van alleen /alias worden alle aliassen weergegeven. Bij gebruik van /alias aliasnaam wordt de overeenkomstige tekenreeks weergegeven. Bij gebruik van /alias aliasnaam tekenreeks1 tekenreeks2 ... wordt de aliasnaam ingesteld voor de opgegeven tekenreeksen.


Contextopdracht: /bye

Resultaat: Hiermee wordt het programma afgesloten.


Contextopdracht: /commit

Resultaat: Hiermee worden wijzigingen die in de offlinemodus zijn aangebracht, toegepast op de router. Deze opdracht heeft geen effect in de onlinemodus.


Contextopdracht: /delete helper naam van DLL-bestand

Resultaat: Hiermee wordt het DLL-bestand van de helper verwijderd uit netsh.exe.


Contextopdracht: /dump -bestandsnaam

Resultaat: Hiermee wordt configuratie gedumpt in of toegevoegd aan een tekstbestand.


Contextopdracht: /exec naam van scriptbestand

Resultaat: Hiermee wordt het scriptbestand geladen en worden de opdrachten erin uitgevoerd.


Contextopdracht: /exit

Resultaat: Hiermee wordt het programma afgesloten.


Contextopdracht: /h

Resultaat: Hiermee wordt Help weergegeven.


Contextopdracht: /help

Resultaat: Hiermee wordt Help weergegeven.


Contextopdracht: /offline

Resultaat: Hiermee wordt de huidige modus ingesteld op de offlinemodus. De wijzigingen die in deze modus worden aangebracht, worden opgeslagen, maar de opdracht 'commit' of 'online' is vereist om de wijzigingen op de router toe te passen.


Contextopdracht: /online

Resultaat: Hiermee wordt de huidige modus ingesteld op de onlinemodus. Wijzigingen in deze modus worden onmiddellijk op de router toegepast.


Contextopdracht: /popd

Resultaat: Hiermee wordt een context uit de stack verwijderd.


Contextopdracht: /pushd

Resultaat: Hiermee wordt de huidige context op de stack geplaatst.


Contextopdracht: /quit

Resultaat: Hiermee wordt het programma afgesloten.


Contextopdracht: /set mode [mode =] online | offline

Resultaat: Hiermee wordt de huidige modus ingesteld op de online- of offlinemodus.


Contextopdracht: /show alias | helper | mode

Resultaat: Bij /show worden alle aliassen weergegeven. Bij /show helper worden alle helper op het hoogste niveau weergegeven. Bij /show mode wordt de huidige modus weergegeven.


Contextopdracht: /unalias aliasnaam

Resultaat: Hiermee wordt de opgegeven alias verwijderd.

Beschikbare DLL-bestanden van de helper


IP-configuratie van Routering en RAS - Ipmontr.dll

IPX-configuratie van Routering en RAS - Ipxmontr.dll

Interface - Ifmon.dll

RAS - Rasmontr.dll

DHCP - Dhcpmon.dll

WINS - Winsmon.dll

Gekoppelde registervermeldingen voor DLL-bestanden van helpers

HKEY_LOCAL_MACHINE/Software/Microsoft/NetSh/


REG_SZ: Ipmontr.dll

REG_SZ: Ipxmontr.dll

REG_SZ: Ifmon.dll

REG_SZ: Rasmontr.dll

REG_SZ: Dhcpmon.dll

REG_SZ: Winsmon.dll


Opmerking Als pogingen om Netsh dump -<bestandsnaam> te gebruiken om configuraties in een bestand te dumpen niet werken, kunt u de volgende syntaxis proberen: netsh dump >bestandsnaam of pad\bestandsnaam vanaf een opdrachtregel.

PrintPrint RSS reactiesRSS reacties BookmarkBookmark

Gekoppelde tags

Access, DLL, Exchange, Filter, Windows 2000

Reacties
Nog geen reacties geplaatst.

Winkelmandje

Het winkelmandje is leeg

Inloggen
Als u hierboven op de knop 'bestellen' klikt krijgt u een overzicht van de door uw gewenste producten. Indien het overzicht compleet en correct is kunt via de wizard de verdere gegevens invullen en uw bestelling afronden. In het bestelproces kunt u altijd op 'vorige' drukken om terug te gaan in het proces. Bij Perrit staan vertrouwen, privacy en veiligheid op de eerste plaats, wij zullen uw gegevens dan ook met uiterste zorgvuldigheid behandelen en nooit doorgeven aan derden.

Perrit.nl Sherwood Rangers 29 Hengelo

Perrit.nl telefoon: +31 74 750 12 20

Kenniscentrum - Het hulpprogramma Netsh.exe en opdrachtregelparameters gebruiken
Perrit Kenniscentrum - Het hulpprogramma Netsh.exe en opdrachtregelparameters gebruiken