Samenvatting
In dit artikel worden de stappen beschreven voor het optimaliseren van de prestaties in Word 2002.
OPMERKING: als u onbekend bent met een term die in dit artikel wordt gebruikt, kunt u de
woordenlijst aan het einde van dit artikel raadplegen.
Terug naar beginVereisten voor Word 2002
Controleer of uw computer voldoet aan de minimale vereisten voor het uitvoeren van Word. De systeemvereisten voor Word worden vermeld op de volgende website van Microsoft:
Terug naar beginHet RAM-geheugen vergroten
Hoeveel geheugen Word nodig heeft om op topsnelheid te kunnen werken, is afhankelijk van diverse factoren, zoals hoeveel andere programma's tegelijkertijd worden uitgevoerd en welke bewerkingen u in Word uitvoert. Word vereist een werkgeheugen van 8 megabyte (MB). U kunt de prestaties echter verbeteren door meer geheugen toe te voegen, bijvoorbeeld als u gelijktijdig extra programma's wilt uitvoeren.
Als u regelmatig met grote documenten (van 50 pagina's of meer) werkt of afbeeldingen of ingesloten objecten gebruikt in documenten, werkt Word aanzienlijk sneller als u extra RAM toevoegt.
OPMERKING: zorg ervoor dat geen RAM-geheugen wordt gebruikt voor een RAM-station, zodat al het RAM-geheugen beschikbaar is voor gebruik door het besturingssysteem en de programma's.
Terug naar beginDe vaste schijf defragmenteren
Af en toe moet u met een hulpprogramma de vaste schijf defragmenteren, bijvoorbeeld met Schijfdefragmentatie van Windows. Met Schijfdefragmentatie worden lokale schijven geanalyseerd en worden gefragmenteerde bestanden en mappen gedefragmenteerd zodat deze een aaneengesloten ruimte op de schijf innemen. Hierdoor krijgt de computer sneller toegang tot bestanden en mappen. Met dit hulpprogramma of de optimalisatiesoftware van een andere fabrikant kunt u het gebied op de schijf verkleinen waarin Windows naar gegevens moet zoeken. Zorg ervoor dat u een reservekopie maakt van belangrijke bestanden voordat u de defragmentatie uitvoert.
Terug naar beginGebruik van het virtuele geheugen optimaliseren
Bij gebruik van virtueel geheugen ziet een programma een groot aaneengesloten blok primair geheugen (RAM), dat in werkelijkheid een veel kleiner blokgeheugen is dat wordt aangevuld met secundair geheugen (zoals een vaste schijf). Om RAM-geheugen tijdelijk vrij te maken, worden blokken met gegevens (pagina's genoemd) verplaatst tussen het RAM-geheugen en een wisselbestand op de vaste schijf.
Het wisselbestand van Windows is standaard een dynamisch bestand, zodat het kleiner of groter kan worden al naar gelang de beschikbare schijfruimte en de bewerkingen die op het systeem worden uitgevoerd. Het wisselbestand kan ook op een gefragmenteerd gebied van de vaste schijf staan, zonder dat dit een negatieve invloed heeft op de prestaties. Met een dynamisch wisselbestand worden bronnen op de meest efficiënte manier gebruikt. Een optimale werking van het virtuele geheugen kan het eenvoudigst worden gerealiseerd door ervoor te zorgen dat de schijf met het wisselbestand voldoende vrije ruimte heeft, zodat het wisselbestand naar behoefte groter en kleiner kan worden.
Omdat het wisselbestand van Windows dynamisch is, is het niet zo vaak nodig de instellingen van het virtuele geheugen te wijzigen. In sommige situaties kan het aanpassen van de instellingen van het virtuele geheugen de prestaties echter verbeteren. Als u nog altijd prestatieproblemen ondervindt nadat u ruimte op de vaste schijf hebt vrijgemaakt door overbodige bestanden te verwijderen, kunt u de standaardinstellingen van het virtueel geheugen wijzigen.
Als u over meer dan één station beschikt, kunt u de prestaties wellicht verbeteren als u Windows niet op het standaardstation, maar op een ander station naar het wisselbestand laat zoeken. U kunt deze optie in de volgende gevallen gebruiken:
- Het standaardstation heeft weinig vrije ruimte en een ander lokaal station bevat meer vrije ruimte.
- Een ander lokaal station is sneller en wordt minder intensief gebruikt dan het huidige station.
De prestaties kunnen ook toenemen als u een minimale schijfruimte voor het virtuele geheugen opgeeft die ten minste twee keer zo groot is als het beschikbare werkgeheugen (RAM). Als een computer bijvoorbeeld over 64 MB RAM beschikt, moet u ten minste 128 MB aan het virtuele geheugen toewijzen.
OPMERKING: Microsoft raadt u aan de instellingen van het virtuele geheugen te laten beheren door Windows, tenzij u een ervaren computergebruiker bent. Gebruik waar mogelijk de standaardinstellingen voor het virtueel geheugen.
Raadpleeg de Help van Windows voor meer informatie over de instellingen van het virtuele geheugen in Windows.
Terug naar beginMinder lettertypen gebruiken
Wanneer een groter aantal lettertypen op de computer is geïnstalleerd, kan het starten van Windows en bepaalde andere programma's trager worden uitgevoerd omdat de programma's bij het opstarten de hele lijst met lettertypen moeten doorlopen.
Word verwerkt de lijst met lettertypen niet bij het opstarten. De impact van het grote aantal lettertypen kan echter in andere situaties worden ervaren, bijvoorbeeld wanneer een document voor het eerst wordt afgedrukt of als afdrukvoorbeeld wordt weergegeven. Verder kan het langer duren voordat bepaalde dialoogvensters, zoals het dialoogvenster
Lettertype of het dialoogvenster
Symbool, verschijnen wanneer u deze voor het eerst opent. Bovendien kan Word bij gebruik van meerdere lettertypen extra geheugen en extra bestandsbronnen nodig hebben als er bepaalde complexe bewerkingen moeten worden uitgevoerd.
Terug naar beginEen lagere schermresolutie en een ander kleurenpalet selecteren
Stel het beeldscherm in op het juiste videostuurprogramma voor een snellere weergave. Wellicht hebt u niet de hoogste schermresolutie of de hoogste kleurinstellingen nodig die door het videostuurprogramma worden ondersteund. Ondersteuning voor extra kleuren kan de snelheid voor het verversen van het beeld aanzienlijk vertragen wanneer u afbeeldingen schuift of bijwerkt.
Voor bepaalde bewerkingen, zoals het schrijven van rapporten en het werken met werkbladen, kunt u de beeldscherminstellingen configureren voor een lagere resolutie en een lagere kleurinstelling, bijvoorbeeld
256 kleuren. Als de prestaties hierdoor niet worden verbeterd of als extra beeldschermmogelijkheden nodig zijn, kunt u altijd een hogere resolutie en kleurinstelling opgeven.
Terug naar beginDocumenten opslaan op niet-gecomprimeerde stations
Wanneer u een vaste schijf comprimeert, maakt u meer ruimte vrij voor het opslaan van bestanden. Hoewel meer schijfruimte beschikbaar is, kan schijfcompressie de prestaties verminderen van programma's die op het station worden uitgevoerd.
De belangrijkste oorzaak van slechtere prestaties bij het gebruik van compressiesoftware van andere fabrikanten is dat de gegevens steeds moeten worden gecomprimeerd of gedecomprimeerd wanneer er naar of van de vaste schijf wordt geschreven of gelezen. Het decomprimeren of comprimeren van gegevens is een extra belasting voor de processor van de computer. Op computers met snellere processors worden de prestaties mogelijk niet minder nadat compressiesoftware is geïnstalleerd.
Terug naar beginDocumenten opslaan op de lokale vaste schijf
Word uitvoeren vanaf een diskette of een netwerkstation of werken met bestanden op een diskette of een netwerkstation, kan trager verlopen dan werken vanaf een lokale vaste schijf. Werk zo mogelijk nooit met bestanden die op een diskette staan. Kopieer de bestanden naar de lokale vaste schijf en werk met de lokale kopie. Als u klaar bent met het bestand, slaat u de wijzigingen op en sluit u het bestand voordat u het weer naar de oorspronkelijke locatie kopieert.
Terug naar beginDe optie 'Maatstelsel van printer gebruiken voor documentopmaak' uitschakelen
Schakel de optie
Maatstelsel van printer gebruiken voor documentopmaak uit wanneer u werkt met documenten in Microsoft Word 6.0 of Microsoft Word voor Windows 95. Wanneer u deze optie uitschakelt, worden de printerinstellingen niet gecontroleerd om de opmaak en lay-out te berekenen en wordt de schuifsnelheid verhoogd.
OPMERKING: deze optie is standaard ingeschakeld in geconverteerde documenten om de documentopmaak van Word voor Windows 95 of Word 6.0 voor Windows te behouden. Als u deze optie uitschakelt, kunnen er kleine wijzigingen optreden in de tekstomloop of de paginering van een document. U kunt de optie
Maatstelsel van printer gebruiken voor documentopmaak als volgt uitschakelen:
- Start Word.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Compatibiliteit.
- Klik op Microsoft Word 6.0/95 in het vak Aanbevolen opties voor.
- Schakel het selectievakje Maatstelsel van printer gebruiken voor documentopmaak uit en klik op OK.
Terug naar beginDe optie 'Opslaan op achtergrond' gebruiken'
De optie
Opslaan op achtergrond is standaard ingeschakeld. Deze optie maakt het mogelijk om door te werken in Word terwijl u een document opslaat. De optie gebruikt extra systeemgeheugen. Als u systeembronnen wilt sparen, kunt u deze optie uitschakelen. U kunt de optie
Opslaan op achtergrond als volgt configureren:
- Start Word.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Opslaan.
- Schakel het selectievakje Opslaan op achtergrond in of uit en klik op OK.
OPMERKING: wanneer in Word een document op de achtergrond wordt opgeslagen, wordt op de statusbalk een pulserend pictogram van een diskette weergegeven. Als een document niet op de achtergrond kan worden opgeslagen, wordt het document op de voorgrond opgeslagen. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als u niet voldoende schijfruimte hebt of als u een document op een diskette opslaat.
Terug naar beginAutomatische spelling- en grammaticacontrole uitschakelen
Standaard worden de spelling en grammatica in het document automatisch gecontroleerd terwijl u typt. Spelfouten worden gemarkeerd met een rode golvende onderstreping en grammaticafouten met een groene golvende onderstreping. Op sommige computers kunnen deze opties invloed hebben op de prestaties. U kunt de automatische spelling- en grammaticacontrole als volgt uitschakelen:
- Start Word.
- Klik in het menu Extra op Opties en open het tabblad Spelling en grammatica.
- Schakel de selectievakjes Spellingcontrole tijdens typen en Grammatica controleren tijdens typen uit en klik op OK.
Terug naar beginVerschillende weergave-instellingen gebruiken
Gebruik een of meer van de volgende methoden om de weergave van uw document in Word te wijzigen:
- Gebruik zoveel mogelijk de normale weergave in plaats van de afdrukweergave. In de afdrukweergave duurt het langer om het scherm te vernieuwen en het document opnieuw te pagineren. Als u wilt overschakelen naar de normale weergave, klikt u op Normaal in het menu Beeld.
- Gebruik tijdelijke aanduidingen voor figuren als een document veel afbeeldingen bevat. Met deze optie worden lege vakken weergegeven op de plaats van de afbeeldingen in het document. Hierdoor wordt de blader- en weergavesnelheid van een document met veel afbeeldingen verhoogd. U kunt als volgt tijdelijke aanduidingen voor figuren instellen:
- Start Word.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Weergave.
- Schakel onder Weergeven het selectievakje Tijdelijke aanduidingen voor figuren in en klik op OK.
- Schakel de optie Conceptlettertype in om de schermweergave te versnellen in documenten met uitgebreide opmaak en veel afbeeldingen. Met deze optie wordt de meeste tekenopmaak onderstreept en vet weergegeven en worden afbeeldingen als lege vakken weergegeven. Deze optie is alleen beschikbaar in de normale weergave. U kunt de optie Conceptlettertype als volgt inschakelen:
- Start Word.
- Klik in het menu Beeld op Normaal.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Weergave.
- Schakel onder Opties voor Overzichts- en Normaalweergave het selectievakje Conceptlettertype in en klik op OK.
Terug naar beginDe printerinstellingen aanpassen om de afdruksnelheid te verbeteren
U kunt het afdrukken als volgt optimaliseren:
- Als u grote documenten wilt afdrukken, schakelt u de schermbeveiliging uit tijdens het afdrukken of kiest u een leeg scherm als schermbeveiliging. Schermbeveiliging met animatie gebruikt processortijd, hetgeen ten koste kan gaan van de afdruktaak. Raadpleeg de Help van Windows voor meer informatie over het wijzigen van de instellingen voor de schermbeveiliging.
- Schakel de optie Concept in. Met deze optie wordt een document afgedrukt met minimale opmaak, zodat het afdrukken sneller verloopt. Deze optie is ideaal voor proefafdrukken. U kunt de optie Concept als volgt inschakelen.
OPMERKING: niet alle printers ondersteunen deze optie. - Start Word.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Afdrukken.
- Schakel onder Afdrukopties het selectievakje Concept in en klik op OK.
- Selecteer de optie voor afdrukken op de achtergrond die het beste bij uw manier van werken past. Als afdrukken op de achtergrond is ingeschakeld, kunt u in Word blijven werken tijdens het afdrukken. Afdrukken op de achtergrond vergt extra geheugen waardoor het afdrukken trager kan verlopen. Als afdrukken op de achtergrond is uitgeschakeld, wordt het document sneller afgedrukt, maar kunt u pas doorwerken in Word als de afdruktaak is voltooid.
Als u niet in Word wilt blijven doorwerken terwijl het document wordt afgedrukt, schakelt u afdrukken op de achtergrond uit om sneller af te drukken: - Start Word.
- Klik op Opties in het menu Extra en open het tabblad Afdrukken.
- Schakel het selectievakje Afdrukken op achtergrond uit en klik op OK.
- Wijzig de instellingen van de afdrukspooler. De printersnelheid wordt gemeten aan de hand van:
- De snelheid waarmee wordt teruggekeerd naar de toepassing. Dit is de tijd tussen het moment waarop u op Afdrukken klikt en het moment waarop u weer controle hebt over het programma.
- De snelheid waarmee de pagina's worden afgedrukt. Dit is de tijd tussen het moment waarop u op Afdrukken klikt en het moment waarop de afdruktaak is voltooid.
U kunt zowel de snelheid waarmee wordt teruggekeerd naar de toepassing als de snelheid waarmee pagina's worden afgedrukt, wijzigen door de instellingen van de afdrukspooler te wijzigen. U kunt de instellingen van de afdrukspooler als volgt wijzigen:
OPMERKING: afhankelijk van de Windows-versie op uw computer, kunnen de volgende stappen enigszins verschillen. Als er verschillen zijn, raadpleegt u de documentatie bij uw product om deze stappen uit te voeren.
- Klik op Start en klik op Printers en faxapparaten.
- Klik met de rechtermuisknop op de printer die u wilt gebruiken en klik op Eigenschappen.
- Open het tabblad Geavanceerd.
- Voer een van de volgende bewerkingen uit:
- Als u sneller wilt kunnen terugkeren naar de toepassing, schakelt u de optie Onmiddellijk beginnen met afdrukken in als deze optie nog niet is ingeschakeld.
- Als u de snelheid waarmee pagina's worden afgedrukt, wilt wijzigen:
- Klik op Direct naar de printer afdrukken.
OPMERKING: als de lokale printer wordt gedeeld, is de optie Direct naar de printer afdrukken niet beschikbaar. U moet het delen van de printer dan uitschakelen.
-of- - Klik op Afdrukken zodra de laatste pagina in de wachtrij is geplaatst. In sommige gevallen voorkomt deze optie dat de motor van een laserprinter tijdens een afdruktaak wordt in- en uitgeschakeld.
- Klik op OK.
Terug naar beginLogboekopties in Outlook uitschakelen
U kunt het logboek in Microsoft Outlook configureren om automatisch items te registeren, bijvoorbeeld wanneer u documenten opent, sluit en opslaat. Op sommige computers kan dit een merkbare vertraging opleveren tijdens het sluiten of opslaan. U kunt Logboekopties in Outlook als volgt uitschakelen:
- Start Outlook.
- Klik op Opties in het menu Extra.
- Open het tabbladVoorkeuren en klik op Logboekopties onder Contactpersonen.
- Schakel alle selectievakjes in het dialoogvenster Logboekopties uit, klik op OK en klik nogmaals op OK.
Terug naar beginEen ander thema voor het Windows-bureaublad gebruiken
Door het thema voor het Windows-bureaublad te wijzigen kunnen sommige computers sneller worden. U kunt het bureaubladthema als volgt wijzigen:
OPMERKING: afhankelijk van de Windows-versie op uw computer, kunnen de volgende stappen enigszins verschillen. Als er verschillen zijn, raadpleegt u de documentatie bij uw product om deze stappen uit te voeren.
- Klik met de rechtermuisknop in een leeg gebied op het bureaublad en klik op Eigenschappen.
- Open het tabblad Thema's.
- Klik in het vak Thema op het thema dat u wilt gebruiken en klik op OK.
Terug naar beginHet muisschema uitschakelen
Als u bewegende muisaanwijzers uitschakelt, wordt het systeem sneller, hoewel dit op sommige computers niet echt merkbaar is. U kunt het muisschema als volgt uitschakelen:
OPMERKING: afhankelijk van de Windows-versie op uw computer, kunnen de volgende stappen enigszins verschillen. Als er verschillen zijn, raadpleegt u de documentatie bij uw product om deze stappen uit te voeren.
- Klik op Start en op Configuratiescherm.
- Klik opVormgeving en thema's en klik op Muisaanwijzers onder Zie ook.
- Open het tabblad Aanwijzers.
- Klik in het vak Schema op Geen en klik op OK.
Terug naar beginWebpagina's sneller downloaden door geen afbeeldingen te genereren
Deze procedure wordt aanbevolen als u het document wilt opslaan als webpagina's en deze wilt weergeven in een webbrowser, zoals Microsoft Internet Explorer 5.0 of hoger, die VML (Vector Markup Language) ondersteunt. Wanneer afbeeldingen niet steeds worden gedownload wanneer u een webpagina opent, wordt een webpagina sneller gedownload en weergegeven en gebruikt deze minder schijfruimte.
- Start Word.
- Klik in het menu Extra op Opties en open het tabblad Algemeen.
- Klik op Webopties en open het tabblad Browsers.
- Klik in het vak Personen die deze webpagina bekijken, maken gebruik van onder Doelbrowsers op de browser die u wilt gebruiken.
- Schakel onder Opties het selectievakje VML gebruiken voor het weergeven van afbeeldingen in browsers in.
- Klik op OK.
Terug naar beginWoordenlijst
bitmap
Bitmapafbeeldingen zijn tekeningen of rasterafbeeldingen. Bitmaps zijn samengesteld uit een reeks kleine puntjes, vergelijkbaar met grafisch papier waarop specifieke vierkantjes zijn ingevuld om een afbeelding te vormen. Bitmaps worden gemaakt en gewijzigd in tekenprogramma's zoals Microsoft Paint. Alle gescande afbeeldingen en foto's zijn bitmaps. Wanneer het formaat van een bitmap wordt gewijzigd, gaat de definitie verloren en worden de afzonderlijke puntjes zichtbaar. Bestandsextensies voor bitmapbestanden zijn onder andere .PCX, .TIF, .BMP en .GIF.
gecomprimeerd station
Een station waarop de gegevens zijn gecomprimeerd zodat ze minder ruimte in beslag nemen.
stuurprogramma
Een programma met behulp waarvan een bepaald apparaat, zoals een videoadapter of printer, kan communiceren met het besturingssysteem. Als u een apparaat hebt geïnstalleerd, kan Windows het apparaat pas gebruiken als u het juiste stuurprogramma hebt geïnstalleerd en geconfigureerd.
pagineren
Het indelen een document, met name wat betreft de positie van pagina-einden in een document.
RAM
Random Access Memory. Informatie die in het RAM-geheugen wordt opgeslagen, gaat verloren wanneer de computer wordt uitgeschakeld. Dit is het geheugen op halfgeleiderchips in de computer, niet de ruimte op de vaste schijf. Hoe meer RAM-geheugen de computer heeft, des te meer programma's u tegelijkertijd kunt uitvoeren en des te sneller deze werken.
wisselbestand
Een verborgen bestand op de vaste schijf dat door Windows wordt gebruikt voor het registreren van programma's en gegevensbestanden die niet in het geheugen passen. Het wisselbestand en het fysieke geheugen (RAM) vormen samen het virtuele geheugen. Windows verplaatst gegevens van het wisselbestand naar het geheugen en van het geheugen naar het wisselbestand om ruimte te maken voor nieuwe gegevens.
virtueel geheugen
Tijdelijke opslag die door een computer wordt gebruikt om programma's uit te voeren die meer geheugen nodig hebben dan het RAM-geheugen. Programma's kunnen bijvoorbeeld toegang hebben tot 4 GB virtueel geheugen op de vaste schijf van een computer, zelfs als de computer maar over 32 MB RAM beschikt. De programmagegevens die niet in het geheugen van de computer passen, worden opgeslagen in wisselbestanden.
Terug naar begin