Meer informatie

Gebruik een van de volgende methoden om het gebruik van meerdere sjablonen in een PowerPoint-presentatie te simuleren.

Methode 1: Schakel achtergrondobjecten uit.

Hiermee voorkomt u dat het grafische deel van de presentatiesjabloon wordt weergegeven op de dia. De achtergrondkleur blijft zichtbaar, maar u kunt deze wijzigen wanneer u de achtergrondafbeeldingen uitschakelt.

1. Klik op Achtergrond in het menu Opmaak.
2. Schakel het selectievakje 'Achtergrondafbeeldingen van model weglaten' in.
3. Klik op Toepassen.

Methode 2: Sla de dia op als een metabestand.

Ga als volgt te werk als u de dia wilt opslaan als een metabestand:

1. Klik op Nieuw in het menu Bestand.
2. Open het tabblad Presentation Designs.
3. Selecteer de gewenste sjabloon en klik op OK. De dia-indeling is niet van belang.
4. Klik op Opslaan als in het menu Bestand. Selecteer Windows-metabestand in het vak Bestand opslaan als. Typ een naam voor het bestand en klik op OK.
5. Klik op Nee wanneer het volgende bericht wordt weergegeven:
   
   Wilt u elke dia in de presentatie exporteren? Als u alleen de huidige dia wilt exporteren, klikt u op Nee.
   
6. Sluit de nieuwe presentatie zonder de wijzigingen op te slaan en keer terug naar de werkpresentatie.
7. Selecteer de dia waarop u de tweede sjabloon wilt toepassen in de diaweergave.
8. Wijs in het menu Invoegen de optie Afbeelding aan en klik op Uit bestand. Selecteer het metabestand dat u zojuist hebt gemaakt en klik op Invoegen.
9. Wijs terwijl de afbeelding is geselecteerd de optie Volgorde in het menu Tekenen aan en klik op Naar achtergrond. Er blijkt nu een andere sjabloon op de dia te zijn toegepast.

Opmerking De tekstopmaak en het kleurenschema blijven zoals in de oorspronkelijke sjabloon.

Methode 3: Vertakken naar een andere presentatie

Als u een reeks dia's wilt opnemen met een andere sjabloon of richting dan de oorspronkelijke presentatie, kunt u een vertakking maken naar een andere presentatie.

1. Geef de dia vanwaar u wilt vertakken weer in de diaweergave. Klik op Object in het menu Invoegen. U kunt kiezen uit twee opties: Nieuw of Bestand gebruiken.
   
   
   Nieuw:
   1. Klik op Nieuw. Klik op Powerpoint-presentatie in de lijst Objecttype.
   2. Schakel het selectievakje Als pictogram weergeven in en klik op OK. Er wordt een nieuwe presentatie geopend.
   3. Kies een sjabloon en diarichting en maak de presentatie.
   4. Klik op 'Afsluiten en terug naar presentatie' in het menu Bestand wanneer u klaar bent.
   
   Bestand gebruiken:
   
   
   1. Als u een bestaande presentatie wilt invoegen, klikt u op Bestand gebruiken.
   2. Typ de bestandsnaam van de presentatie waarnaar u een vertakking wilt maken of klik op Bladeren om de presentatie te zoeken.
   3. Schakel het selectievakje Als pictogram weergeven in en klik op OK. Op de dia wordt een pictogram van een Powerpoint-presentatie weergegeven.

Tijdens het afspelen van de presentatie kunt u op het pictogram klikken om de tweede presentatie weer te geven.


Als u een onzichtbare vertakking van de eerste naar de tweede presentatie wilt invoegen, klikt u op Afspeelopties in het menu Extra. Schakel het selectievakje 'Verbergen als er niet wordt afgespeeld' in en selecteer de juiste instelling in het vak Afspelen starten. Tijdens het afspelen van de presentatie wordt de tweede presentatie automatisch gestart volgens de instellingen die u hebt geselecteerd.


Nadat de vertakte presentatie is voltooid, kun u terugkeren naar de dia in de oorspronkelijke presentatie vanwaar u de vertakking bent gestart en de presentatie vandaar voortzetten.

Opmerking Als u PowerPoint Viewer gebruikt om een Powerpoint-presentatie met een vertakking weer te geven, kunt u de vertakking niet activeren, tenzij ook PowerPoint voor Windows op uw systeem is geïnstalleerd.