Na de installatie van Microsoft Windows SharePoint Services 3.0 op een enkele server of in een serverfarmomgeving dient u een aantal beheertaken uit te voeren om de implementatie te voltooien. In deze handleiding wordt beschreven welke beheertaken u moet uitvoeren. Er zijn koppelingen naar Help-onderwerpen, waarin wordt uitgelegd hoe u die beheertaken moet uitvoeren. Aan het einde van deze handleiding vindt u koppelingen naar verdere informatie die u kan helpen bij het plannen en uitvoeren van Windows SharePoint Services 3.0-implementaties.

Windows SharePoint Services 3.0 implementeren op een enkele server

Windows SharePoint Services 3.0 implementeren in een serverfarmomgeving

Meer informatie vinden over Windows SharePoint Services 3.0-implementaties

Windows SharePoint Services 3.0 implementeren op een enkele server

Wanneer u Windows SharePoint Services 3.0 implementeert op een enkele server aan de hand van de standaardinstellingen, installeert en configureert het installatieprogramma automatisch Microsoft Windows Internal Database en gebruikt het deze database om de configuratiedatabase en inhoudsdatabase voor uw SharePoint-site te maken. Het installatieprogramma installeert bovendien SharePoint Centraal beheer en maakt uw eerste SharePoint-site.

Nadat het installatieprogramma is voltooid, opent uw browservenster met de introductiepagina van uw nieuwe SharePoint-site. Hoewel u direct kunt beginnen met het toevoegen van inhoud aan de site en de site kunt aanpassen aan uw wensen, wordt u aangeraden eerst de volgende beheertaken uit te voeren met behulp van SharePoint Centraal beheer:

• Instellingen voor binnenkomende e-mail configureren  Configureer deze instellingen als u wilt dat de SharePoint-sites binnenkomende e-mail accepteren en archiveren. SharePoint-sites kunnen e-maildiscussies archiveren terwijl deze plaatsvinden, per e-mail verzonden documenten opslaan en per e-mail aangekondigde vergaderingen in siteagenda's weergeven. Configureer de SharePoint Directory Management-service als u wilt dat e-maildistributiegroepen kunnen worden gemaakt en beheerd.

Binnenkomende e-mail configureren

• Instellingen voor uitgaande e-mail configureren  Configureer de instellingen voor uitgaande e-mail zo dat uw Simple Mail Transfer Protocol (SMTP)-server e-mailwaarschuwingen naar andere gebruikers van de site en sitebeheerders verstuurt. U kunt zowel het e-mailadres bij 'Van' als bij 'Beantwoorden' dat in uitgaande e-mailwaarschuwingen verschijnt, configureren.

Uitgaande e-mail configureren

• SharePoint-sites maken  Nadat het installatieprogramma is voltooid, hebt u één webtoepassing die één SharePoint-site host. U kunt meer SharePoint-sites en webtoepassingen maken als er meer sites of meer webtoepassingen in uw siteontwerp zijn vereist.

Een webtoepassing maken of uitbreiden

Sites en subsites maken

• Werkstroominstellingen configureren  U kunt werkstroominstellingen zo configureren dat gebruikers hun eigen werkstromen kunnen samenstellen van de bouwstenen die door de sitebeheerder zijn geïmplementeerd. U kunt ook meldingen voor werkstroomtaken configureren. Aan de hand van werkstroomtaakmeldingen wordt bepaald of interne gebruikers een bericht ontvangen wanneer ze aan een werkstroom worden toegevoegd en of externe gebruikers een kopie van een document ontvangen, zodat ze aan een werkstroom kunnen deelnemen.

Werkstroominstellingen configureren

• Instellingen voor vastleggen van diagnostische gegevens configureren  U kunt verscheidene instellingen voor het vastleggen van diagnostische gegevens configureren als hulp bij het oplossen van problemen. Dit omvat het inschakelen en configureren van traceerlogbestanden, gebeurtenisberichten, foutberichten in gebruikersmode en programmagebeurtenissen voor verbetering van de gebruikerservaring.

Diagnostische gegevens vastleggen configureren

• Antivirusinstellingen configureren  U kunt een aantal antivirusinstellingen configureren wanneer u een antivirusprogramma hebt dat is ontworpen voor Windows SharePoint Services 3.0. Met antivirusinstellingen kunt u bepalen of documenten worden gescand bij het uploaden of downloaden en of gebruikers geïnfecteerde documenten kunnen downloaden. U kunt ook specificeren hoe lang u het antivirusprogramma wilt uitvoeren voordat er een time-out optreedt en hoeveel threads het antivirusprogramma op de server kan gebruiken.

Antivirusinstellingen configureren

Windows SharePoint Services 3.0 implementeren in een serverfarmomgeving

U moet Windows SharePoint Services 3.0 op al uw front-endwebservers installeren voordat u de implementatie kunt voltooien. Nadat Windows SharePoint Services 3.0 op al uw front-endwebservers is geïnstalleerd, wordt u aangeraden eerst de volgende beheertaken uit te voeren met behulp van SharePoint Centraal beheer:

• De zoekservice starten  U moet de zoekservice van Windows SharePoint Services op ten minste één van uw front-endwebservers starten. U kunt de zoekservice op iedere server in uw serverfarm starten. Indien u de zoekservice op meer dan één server in uw serverfarm wilt starten, moet u specificeren op welke zoekserver u de inhoudsdatabase wilt indexeren, omdat de inhoudsdatabase slechts kan worden geïndexeerd door één exemplaar van de zoekservice (dat wil zeggen door één zoekserver).

Opmerking U moet de zoekservice starten voordat u de eerste webtoepassing voor het hosten van sites kunt maken en uitbreiden.

Bepalen welke services door een server worden gehost

• Een webtoepassing en siteverzameling maken  Na de installatie en configuratie van Windows SharePoint Services 3.0 en het configureren van services in uw serverfarm, kunt u een webtoepassing en een siteverzameling maken. Vervolgens kunt u sites aan uw siteverzameling toevoegen. U moet de webtoepassing maken op de eerste server waarop Windows SharePoint Services 3.0 is geïnstalleerd (dat wil zeggen op dezelfde server waarop SharePoint Centraal beheer wordt uitgevoerd).

Een webtoepassing maken of uitbreiden

Sites en subsites maken

• Alternatieve toegangstoewijzingen maken  Wanneer u Windows SharePoint Services 3.0 op een enkele front-endwebserver installeert en configureert en een gebruiker bezoekt uw server, geeft de server de inhoud weer die zich in uw webtoepassing bevindt. Indien u echter vervolgens extra front-endwebservers aan uw serverfarm toevoegt, zijn er voor de zojuist toegevoegde servers geen alternatieve toegangstoewijzingen naar uw webtoepassing geconfigureerd. U moet alternatieve toegangstoewijzingen configureren om nieuw toegevoegde front-endwebservers naar uw webtoepassing te laten wijzen.

Alternatieve toegangstoewijzingen beheren

• Instellingen voor binnenkomende e-mail configureren  Configureer deze instellingen als u wilt dat de SharePoint-sites binnenkomende e-mail accepteren en archiveren. SharePoint-sites kunnen e-maildiscussies archiveren terwijl deze plaatsvinden, per e-mail verzonden documenten opslaan en per e-mail aangekondigde vergaderingen in siteagenda's weergeven. Configureer de SharePoint Directory Management-service als u wilt dat e-maildistributiegroepen kunnen worden gemaakt en beheerd.

Binnenkomende e-mail configureren

• Instellingen voor uitgaande e-mail configureren  Configureer de instellingen voor uitgaande e-mail zo dat uw Simple Mail Transfer Protocol (SMTP)-server e-mailwaarschuwingen naar andere gebruikers van de site en sitebeheerders verstuurt. U kunt zowel het e-mailadres bij 'Van' als bij 'Beantwoorden' dat in uitgaande e-mailwaarschuwingen verschijnt, configureren.

Uitgaande e-mail configureren

• Werkstroominstellingen configureren  U kunt werkstroominstellingen zo configureren dat gebruikers hun eigen werkstromen kunnen samenstellen van de bouwstenen die door de sitebeheerder zijn geïmplementeerd. U kunt ook meldingen voor werkstroomtaken configureren. Aan de hand van werkstroomtaakmeldingen wordt bepaald of interne gebruikers een bericht ontvangen wanneer ze aan een werkstroom worden toegevoegd en of externe gebruikers een kopie van een document ontvangen, zodat ze aan een werkstroom kunnen deelnemen.

Werkstroominstellingen configureren

• Instellingen voor vastleggen van diagnostische gegevens configureren  U kunt verscheidene instellingen voor het vastleggen van diagnostische gegevens configureren als hulp bij het oplossen van problemen. Dit omvat het inschakelen en configureren van traceerlogbestanden, gebeurtenisberichten, foutberichten in gebruikersmode en programmagebeurtenissen voor verbetering van de gebruikerservaring.

Diagnostische gegevens vastleggen configureren

• Antivirusinstellingen configureren  U kunt een aantal antivirusinstellingen configureren wanneer u een antivirusprogramma heeft dat is ontworpen voor Windows SharePoint Services 3.0. Met antivirusinstellingen kunt u bepalen of documenten worden gescand bij het uploaden of downloaden en of gebruikers geïnfecteerde documenten kunnen downloaden. U kunt ook specificeren hoe lang u het antivirusprogramma wilt uitvoeren voordat er een time-out optreedt en hoeveel threads het antivirusprogramma op de server kan gebruiken.

Antivirusinstellingen configureren

Meer informatie over Windows SharePoint Services 3.0-implementaties

Voor meer informatie over het plannen en uitvoeren van Windows SharePoint Services 3.0-implementaties raadpleegt u de volgende bronnen:

• Windows SharePoint Services TechCenter
• Windows SharePoint Services Technical Library