Inhoudsdatabases bevatten de inhoud van sites in een webtoepassing. Inhoudsdatabases worden beheerd met behulp van de pagina Inhoudsdatabases beheren:

1. Klik op de bovenste navigatiebalk op Toepassingsbeheer.
2. Klik op de pagina Toepassingsbeheer in de sectie Beheer van SharePoint-webtoepassingen op Inhoudsdatabases.

Een inhoudsdatabase aan een webtoepassing toevoegen

Instellingen voor inhoudsdatabases configureren

Een inhoudsdatabase uit een webtoepassing verwijderen

Een inhoudsdatabase aan een webtoepassing toevoegen

1. Klik op de pagina Inhoudsdatabases beheren op Inhoudsdatabase toevoegen.
2. Ga op de pagina Inhoudsdatabase toevoegen naar de sectie Webtoepassing en klik op Change Web Application in het menu Webtoepassing als de webtoepassing waaraan u een inhoudsdatabase wilt toevoegen niet is geselecteerd.
3. Klik op de pagina Webtoepassing selecteren op de webtoepassing waaraan u de inhoudsdatabase wilt toevoegen.
4. Ga in de sectie Databasenaam en -verificatie naar het vak Databaseserver en voer de naam in van de databaseserver die als host voor de inhoudsdatabase gaat fungeren. In de meeste gevallen kunt u het beste de standaardnaam gebruiken.
5. Voer in het vak Databasenaam een naam voor de inhoudsdatabase in. In de meeste gevallen kunt u het beste de standaardnaam gebruiken.
6. Selecteer onder Databaseverificatie een van de volgende opties:
   • Windows-verificatie (aanbevolen)
   • SQL-verificatie. Als u deze optie selecteert, voert u in de vakken Account en Wachtwoord de accountreferenties in die voor de SQL-verificatie moeten worden gebruikt.
7. Ga naar de sectie Zoekserver en klik in de lijst Selecteer de Windows SharePoint Services-zoekserver op een zoekserver die door deze database moet worden gebruikt.
8. Ga naar de sectie Capaciteitsinstellingen voor de database en voer in het vak Aantal sites voordat er een waarschuwingsgebeurtenis wordt gegenereerd een waarde in voor het aantal sites dat kan worden gemaakt voordat een waarschuwing wordt gegenereerd.
9. Voer in het vak Maximum aantal sites dat kan worden gemaakt in deze database een waarde in voor het maximumaantal sites dat door deze database kan worden gehost.
10. Klik op OK.

Terwijl de database wordt gemaakt, wordt de pagina De bewerking wordt uitgevoerd weergegeven. Nadat de database is gemaakt, verschijnt opnieuw de pagina Inhoudsdatabases beheren. De nieuwe inhoudsdatabase wordt in de lijst met inhoudsdatabases weergegeven.

Instellingen voor inhoudsdatabases configureren

Zie Instellingen voor inhoudsdatabases configureren voor informatie over het configureren van instellingen voor inhoudsdatabases.

Een inhoudsdatabase uit een webtoepassing verwijderen

1. Klik op de pagina Inhoudsdatabases beheren op de inhoudsdatabase die u wilt verwijderen.
2. Schakel op de pagina Instellingen van inhoudsdatabase beheren in de sectie Inhoudsdatabase verwijderen het selectievakje Inhoudsdatabase verwijderen in.
   • Als deze database op dat moment door sites wordt gebruikt, verschijnt een berichtvenster. Klik op OK om aan te geven dat de database inderdaad moet worden verwijderd.
3. Klik op OK.