Geeft als resultaat de F-verdeling. U kunt deze functie gebruiken om te bepalen of twee gegevensverzamelingen een verschillende graad van verscheidenheid hebben. Zo kunt u bijvoorbeeld de proefwerkresultaten analyseren van jongens en meisjes aan het begin van het middelbaar onderwijs om te bepalen of de variantie van de resultaten bij meisjes anders is dan bij jongens.

Syntaxis

F.VERDELING(x;vrijheidsgraden1;vrijheidsgraden2)

X   is de waarde waarop de functie moet worden geëvalueerd.

Vrijheidsgraden1   is het aantal vrijheidsgraden van de teller.

Vrijheidsgraden2   is het aantal vrijheidsgraden van de noemer.

Opmerkingen

• Als één van de argumenten niet-numeriek is, retourneert F.VERDELING de foutwaarde #WAARDE!.
• Als x negatief is, retourneert F.VERDELING de foutwaarde #GETAL!.
• Als de waarde van vrijheidsgraden1 of vrijheidsgraden2 geen geheel getal is, wordt deze afgekapt.
• Als vrijheidsgraden1 < 1 of ≥ 10^10 is, retourneert F.VERDELING de foutwaarde #GETAL!.
• Als vrijheidsgraden2 < 1 of ≥ 10^10 is, retourneert F.VERDELING de foutwaarde #GETAL!.
• F.VERDELING wordt berekend als F.VERDELING=P( F<x ), waarbij F een willekeurige variabele met een F-verdeling is.

Voorbeeld